Er moet in de oudheid een tijd geweest zijn dat de Limits en de eerste Quests vreedzaam naast elkaar coëxisteerden.
Gebrek aan weerstand tegen torsiekrachten werd –denkelijk in die tijd- ook bij mijn Limit op dezelfde manier opgelost als bij de (20 inch) Quest: Door er koolstofvezeldoek/carbon om te lamineren.

Dat is ook nog niet zo'n 'lapmiddel' als het misschien lijkt. Ook vliegtuigen worden bijvoorbeeld gemaakt door verschillende materialen te combineren.
Bij mijn Alleweder heb ik op die manier het loszittende traphuis in de koker gefixeerd.
Ik heb wel eens iets gelezen over potentieelverschillen tussen aluminium en koolstof waardoor dit onwenselijk zou zijn. Daar is me echter nooit iets van gebleken. Niet in de FAW en niet bij deze niet zo jonge achtervork, het zit allemaal nog prima vast.

De reden dat ik deze heb uitgebouwd is dat het tandwiel met de ketting bijna door de body heen staken. Dat ziet er niet alleen niet uit maar dan heeft zo’n afgescheiden sectie ervoor van de wielkast ook niet echt zin…
Bij het loshalen van de secundaire ketting merkte ik dat het onheil eigenlijk al was geschied: het freewheel met vuil in de lagers kwam niet dan slechts moeizaam terug.
Dat betekent dat tijdens het niet trappen de fiets snel snelheid verliest. Er waarschijnlijk een trekkende kracht aan de trappers plaats gaat vinden en last but not least de trappers niet gemakkelijk boven te krijgen zullen zijn voor de startpositie.
Wat door de tussenas (zonder freewheel) er denkelijk toch al niet makkelijker op zal gaan!

Om na de achtervork met ’t wiel ook de aandrijfkant er af te krijgen moest een forse inbus-as uit de naaf gedraaid. Daarom gaan we lassen vandaag bij Eigenfiets.nl.
Voor de auto heb ik laatst een extra dop 12mm inbus uitwendig gekocht, maar ook die is nog te klein. In de achtervork zit een soort 14mm of engelse maat (in inches).

Ik kan daarom natuurlijk huilend naar Dronten afreizen…
Maar hier heeft men zelfwerkzaamheid hoog in het vaandel staan. Dus laste ik aan de door mij verwijderde “te zwaar” bevonden ijzeren hoofdsteundrager die aan de JE-trike zat een bout. Eentje met zo’n ‘Engelse kop’ en een 2,5 mm electrode.
Door het achterwiel in de workmate te klemmen kon ik de linksdraaiende bout nu uit het achterwiel krijgen.
Het freewheel was eenvoudigweg stinkend smerig. De afsluiting voor vuil is erg slecht van die dingen (je kunt de kogels zien zitten als ze schoon zijn).

Omdat ik zelfs met mijn eigengemaakte ‘kettingzweep’ het freewheel niet uit elkaar kreeg heb ik het samen met de as in lampenolie met smeervet gewassen.
Dat gaf gelijk een heel andere draai aan dit cruciale transmissiedeel !
Nog even heb ik overwogen die laatste handeling uit te besteden aan mijn ultrasoon reiniger.
Maar nee, experimenten weer een andere dag …